17 mei 2023

De potentie van kinderen tot bloei laten komen

Geschreven door Cobi Klappe

Dankzij uw bijdragen werden 292 leerlingen van basisschool De Bavokring uit Rotterdam, deze winter verrast met warme mutsen en sjaals. Cobi Klappe spreekt met Kristel van Dalsum die als directeur al 15 jaar aan de school is verbonden. ‘Ik ben deze doelgroep gaan omarmen.’

Wat mist een kind dat in armoede opgroeit het meest volgens jou?
Kristel: ‘Vijfenzeventig procent van onze leerlingen groeit op in armoede. Daardoor hebben de meeste kinderen een vergelijkbare thuissituatie. Het komt daardoor niet snel voor dat kinderen bijvoorbeeld in dure schoenen lopen die anderen ook zouden willen hebben. In materiële zin missen ze niet snel iets. Ik denk dat opgroeien in armoede er met name toe leidt, dat je minder kansen hebt. Ouders kunnen naast een dak boven het hoofd voor het hoognodige zorgen, zoals eten en kleding. Maar met de auto of het OV naar het museum, een dierentuin of een ander uitje, is er vaak niet bij. Juist die zaken vergroten en verrijken de wereld van het kind. Dat is wat deze kinderen missen. We zien verschillende schrijnende situaties. Grote gezinnen met veel kinderen die moeten leven in een sociale huurwoning met maar twee slaapkamers. Het huis zit vol schimmel, kamers zijn er zwart van. Het hele gezin heeft hierdoor gezondheidsklachten. Ouders zijn dan ten einde raad en komen bij ons uit. Wij proberen hen dan te begeleiden naar de juiste instanties.’

Wat raakt jou het meest in deze problematiek?
‘De beperkte middelen waarmee deze gezinnen hun leven moeten inrichten, dat raakt me. Tegelijkertijd zijn het juist deze ouders die in tijden van nood, zoals nu met de aardbeving in Turkije en Syrië, willen helpen. Ze hebben eigenlijk niets, maar het beetje dat ze hebben, willen ze delen. Ook als een kind geen brood of fruit bij zich heeft, delen de klasgenootjes direct van wat zij bij zich hebben.  Ik ben deze doelgroep gaan omarmen. Wij vormen echt een community met elkaar. Samen met de ouders proberen wij deze kinderen een stapje verder in het leven te brengen. Het gezegde ‘It takes a village to raise a child’ is hier van toepassing.

Kristel van Dalsum

In de coronatijd is de armoede meer zichtbaar en bespreekbaar geworden. Veel ouders gaan naar de Voedselbank. Wij kunnen als school gelukkig veel doen voor de ouders. Daarbij realiseren wij ons dat wij een onderwijsinstelling zijn en geen zorginstelling. Wij helpen omdat wij het belangrijk vinden. Een dag in de week werkt iemand van het schoolmaatschappelijk werk bij ons. Zij wordt ‘juf’ genoemd, dat maakt haar makkelijk toegankelijk. In de toekomst willen wij meedoen met de pilot van ‘brugfunctionaris’ die de Minister van Armoede in het leven heeft geroepen. Het zou fantastisch zijn als een van de leerkrachten die rol kan vervullen. Ouders zijn huiverig voor overheidsinstanties geworden. Een eigen juf of meester die op school vertrouwd is, kan ‘achter de voordeur’ komen en ouders verwijzen naar de juiste instanties. Ouders leven vaak in een heel moeilijk cirkeltje waar zij lastig uitkomen. Met behulp van Campus010 kunnen leerlingen op woensdagmiddag twee uur langer naar school en bieden wij in de mei- en herfstvakantie een programma vol activiteiten aan. De kinderen maken kennis met sport, spel, cultuur, theater. De groepen 7 en 8 hebben onlangs een EHBO-cursus gedaan; groepen 3 en 4 zijn nu met toneel bezig.  De kinderen ontdekken wat zij leuk vinden, waar hun talenten liggen.

Van alles wat een kind meekrijgt, leert het slechts twintig procent op school.  Wanneer je vanaf je vierde op verschillende plekken komt, een grotere wereld kent met een uitgebreid taalaanbod, heb je een ander startpunt dan de meeste kinderen op onze school. Daarom werken wij heel hard om wat in potentie bij het kind aanwezig is, in acht jaar tot bloei te laten komen.’

Cobi Klappe

Gerelateerd