Weer oecumenische waarnemers naar Israël en Palestina
Geschreven door redactiegsIn maart van dit jaar zijn de twee eerste Nederlandse waarnemers van het EAPPI programma (Ecumenical Accompaniment Programme in Palestine and Israel) afgereisd, om gedurende drie maanden ‘beschermende aanwezigheid’ te bieden aan Palestijnse burgers en gemeenschappen op de Westelijke Jordaanoever en Oost-Jerusalem. De afgelopen twee jaar was dit onmogelijk vanwege corona. G&S van de Remonstranten heeft dit mede financieel mogelijk gemaakt. Emma is gestationeerd in de Jordaanvallei. Ze verwerkt haar indrukken in blogs.
Halverwege de drie maanden als oecumenische begeleider (Ecumenical Accompanier – EA) in het EAPPI-programma hebben we een week lang Mid-Term-Oriëntatie. Voor deze week reizen alle 22 EA’s vanuit de verschillende standplaatsen terug naar Jeruzalem. De week is bedoeld om ervaringen uit te wisselen. Daarnaast komen er verschillende Israëlische organisaties spreken en worden we voorbereid op de volgende vijf weken. De eerste dagen zijn we in Jeruzalem, waar verschillende sprekers langskomen op het hoofdkantoor. Na drie dagen in Jeruzalem reizen we naar Haifa en bezoeken we organisaties die in Haifa gevestigd zijn. De week eindigt in Jeruzalem waarna iedereen terugkeert naar zijn standplaats.
Ontmoeting met het Parents Circle Family Forum
Tijdens de eerste dagen van de MTO kwamen de Israëlische man Ben en de Palestijnse vrouw Layla van het Parents Circle Family Forum (PCFF) met ons praten. Het PCFF is een gezamenlijke Israëlisch-Palestijnse organisatie van meer dan 600 families, actief in zowel Israël als Palestina. De organisatie werd in 1995 opgericht door Yitzhak Frankenthal samen met een aantal andere Israëlische families. De families hebben allemaal een direct familielid verloren in het conflict. Ze vonden elkaar in de wens om sterfgevallen als gevolg van het conflict te voorkomen en om dialoog, tolerantie, verzoening en vrede te bevorderen. De eerste ontmoeting georganiseerd door PCFF tussen Palestijnse nabestaanden uit Gaza en Israëlische families vond plaats in 1998.
Ben en Layla vertellen tijdens de bijeenkomst allebei hoe ze een kind verloren door de strijd tussen Israël en Palestina.
‘There is no difference in color and taste of his tears and my tears’.
Layla
Layla is opgegroeid in Jordanië en verhuisde na haar huwelijk met haar Palestijnse man naar de stad Battir, in de omgeving van Bethlehem. Kort na de geboorte van hun eerste dochter brak de Tweede Intifada uit. Tijdens deze opstand nam de Israëlische regering verschillende maatregelen, waaronder het stoppen van het verstrekken van ‘gezinshereniging-vergunningen’. Aangezien Layla geboren is in Jordanië heeft zij nog geen vergunning en kan ze zich minder makkelijk bewegen door het land.
Een jaar later bevalt Layla van een zoon, Qusay. Op 11 april 2002 wordt Battir bestookt met traangas en de zes maanden oude baby Qusay ademt dit in. Layla en haar man proberen Qusay zo snel mogelijk naar een ziekenhuis te brengen, maar stuiten onderweg op verschillende obstakels: geïmproviseerde Israëlische controleposten, militaire zones en afgesloten wegen. Aangezien Layla op dat moment nog geen gezinshereniging-vergunning heeft, is de kans om te worden opgepakt of teruggestuurd naar Jordanië erg groot als ze in gesprek zou gaan met de soldaten. Wanhopig probeert Layla bij de derde controlepost toch het gesprek aan te gaan met de soldaten, maar ze wordt uitgelachen en teruggestuurd naar de auto. Met vier uur vertraging bereiken Layla, haar man en Qusay uiteindelijk het ziekenhuis. Terwijl Layla en haar man daar wachten, valt het Israëlische leger het ziekenhuis binnen. Het leger instrueert iedereen om het ziekenhuis te verlaten. Layla en haar man keren terug naar huis en bellen het ziekenhuis vanuit Battir. Via de telefoon krijgen ze te horen dat Qusay is gestorven.
‘The next day my son’s body was brought to us so we could see him for the last time and part with him,’ vertelt Layla. ‘I held him in my arms, I had missed him so; the last 24 hours were the first time he hadn’t been with me since he was born.’
‘We do not need justice, only vision.’
Ben
Ben uit Israël vertelt over het verlies van zijn dochter door een zelfmoordaanslag. Op 9 september 2003 blies een Palestijnse jongen zichzelf op bij de bushalte naast de militaire basis Tzirifin in Israël. Bij de aanslag kwamen negen IDF-soldaten om het leven en raakten vijftien burgers zwaargewond. Bens dochter was één van hen. De aanslag werd opgeëist door Hamas. Ben deelt zijn gevoelens en gedachten met ons die bij hem opkwamen in de dagen en weken na het verlies van zijn dochter. Hij vertelt ons over zijn wraakgedachten, zijn gebrek aan zin in het leven en hoe hij de rest van de wereld probeerde buiten te sluiten.
In gesprek met je vijand
Beide ouders verloren een direct familielid. Ze worden tijdens hun rouwperiode door vrienden geattendeerd op de Parents Circle Family Forum. In eerste instantie moeten ze hier niks van weten. Het idee om een gesprek aan te gaan met andere mensen die een dierbare hebben verloren is, vinden ze oké, maar het idee om in gesprek te gaan met “de vijand” is een grote stap voor allebei. Maar door meerdere ouders te ontmoeten die een dierbare verloren in het conflict, ontdekken ze dat de achtergrond van de ouders er niet toe doet. Beide partijen zijn slachtoffer geworden van het geweld in Israël en Palestina. Juist door deze organisatie kunnen ze met elkaar in gesprek gaan over hun verlies.
De verhalen van Ben en Layla raakten mij. Ze zeggen wel eens dat het ergste wat een ouder kan overkomen, is je kind begraven. Bij velen van de 600 families die lid zijn van de Parents Circle is deze ergste nachtmerrie werkelijkheid geworden.